Dit artikel schreef ik samen met Ypie Boersma en Merel Werner in het kader van een opdracht voor het vak Economie aan de Haagse opleiding politicologie van de Universiteit Leiden. Onze docent was dr. Auke Leen. Het artikel werd geplaatst in de papieren editie van het Reformatorisch Dagblad verschenen op zaterdag 2004-06-19. Ook staat het artikel nog op de internet site van het RD.

Olie is geen oorlog waard

Op dit moment zijn de olieprijzen fors gestegen en dat is voor het Westen een probleem. Want we zijn afhankelijk van olie: per jaar wordt in de Europese Unie zo'n 650.000 ton olie opgestookt. In de USA is dat zelfs 900.000 ton olie per jaar^1^. Zonder deze olie rijden er geen auto's en vrachtwagens en liggen veel energiecentrales plat. Logisch dus dat het Westen zijn olietoevoer nauwlettend bewaakt. Ook in de aanloop van de door de Amerikanen geleide oorlog in Irak speelden oliebelangen volgens veel analisten een belangrijke rol. De door de Amerikanen behaalde overwinning zal echter op het terrein van energie een tijdelijke overwinning zijn. Op langere termijn zullen nieuwe energiebronnen de olie vervangen, waardoor de toegang tot grote hoeveelheden olie niet meer nodig zal zijn.

De huidige olieprijsstijging is het gevolg van een tekort aan olie op korte termijn. Maar op lange termijn zijn er veel alternatieven voor zo'n tekort. Om deze en toekomstige crisis te bezweren moeten we zowel op korte als op lange termijn met oplossingen komen. Op korte termijn moeten de olieproducerende landen de wil tonen de prijzen te laten dalen via een productieverhoging. Op lange termijn ziet eurocommissaris Loyola de Palacio (Energie, Transport) een grotere rol voor alternatieve energiebronnen. Loyola waarschuwde in de afgelopen weken de lidstaten van de Europese Unie om veel meer in duurzame energie te investeren. Dit om een doelstelling te kunnen waarmaken: hernieuwbare energie moet in 2010 voor 12% bijdragen aan het totale energieverbruik.

Onze afhankelijkheid van olie kan op langere termijn dus verkleind worden door innovatie. Door innovatie krijgen we de beschikking over nieuwe energiebronnen. Militaire interventies om de toegang tot olievelden op langere termijn te garanderen maken ons alleen maar blijvend afhankelijk van olie. Om de crisis op korte termijn op te lossen volstaat een hogere productie van de producerende landen; er een oorlog om voeren komt neer op het schieten met een kanon op een mug.

De boodschap van prof. Julian Simon^2^ is hierbij een duidelijke: Absolute uitputting van energievoorraden kan überhaupt niet bereikt worden. Wetenschap en techniek brengen steeds weer nieuwe oplossingen. Zo voorspelde Simon dat grondstoffen zoals olie door innovaties minder schaars worden en daarom goedkoper^3^. De inmiddels overleden Simon had dan ook een onwankelbaar geloof in de overlevingsdrift van de mens en diens creativiteit om problemen op te lossen. Tekorten aan grondstoffen zag hij daarbij eerder als een motor van de vooruitgang dan een rem daarop: "We hebben behoeften aan meer en aan grote problemen". Simon sloot hier omtrent zelfs een weddenschap af met hoogleraar ecologie Erlich. Simon beweerde dat de prijzen van verschillende grondstoffen ten tijde van de weddenschap tien jaar lang zouden dalen en niet zouden stijgen. Hij kreeg gelijk en won de weddenschap van meer dan 570 dollar. Simon was zelf niet verbaasd dat hij de weddenschap van Erlich won. Immers, slaagde de mens er niet keer op keer in om de allerlei soorten crises af te wenden?

Het is echter in onze huidige wereld nog steeds gangbaar om pessimistisch te zijn over de ontwikkeling van nieuwe energiebronnen. De ideeën van Simon dat mensen pas innovatief worden als het echt nodig is, zijn niet door iedereen aanvaard. Jerry Taylor onderschrijft dit denkbeeld in het artikel 'A Dubious Solution in Search of a Problem' in Sustainable Development^4^ "It may certainly be the case that resource sustainability is desirable for subjective cultural reasons, but natural resource scarcity is simply not a binding constraint on economic growth as is commonly asserted."

Als olie schaars lijkt te worden, of als de toegang tot de olievelden daadwerkelijk moeilijk zou worden, dan zullen de olieprijzen zoals nu ook gebeurd stijgen. Dit zou het onderzoek naar nieuwe energiebronnen moeten stimuleren. Die nieuwe energiebronnen zullen uiteindelijk ook gevonden worden. De enige reden dat het huidige onderzoek naar zaken als kernfusie, brandstofcellen, zonne-energie en windenergie op een laag pitje staat is het simpele feit dat er weinig behoefte aan is omdat het duurder is dat de zo gemakkelijk verkrijgbare olie. De oliecrisis van 1973 kan dit illustreren. Als gevolg van politieke spanningen hadden veel Westerse landen geen toegang meer tot de olietoevoer uit het Midden-Oosten. Dit creëerde door prijsstijgingen van olie een behoefte aan andere energiebronnen en een verminderde afhankelijkheid aan olie. Vrijwel onmiddellijk wordt dan ook het gebruik van nucleaire energie een stuk hoger. Tegenwoordig is nucleaire energie politiek minder gewenst en zou er in zo'n situatie dus eerder naar andere, milieuvriendelijker energiebronnen gezocht worden.

Kortom, we hebben aansluitend bij denkbeelden van Simon behoefte aan meer en grotere problemen om innovaties te stimuleren. Dat lukt niet door een oorlog om olie te voeren in Irak. Wat dat betreft hadden de Amerikanen beter thuis kunnen blijven en hun middelen kunnen investeren in het ontwikkelen van alternatieve energiebronnen. Op die manier zou het proces van schaarste rondom olie versneld kunnen plaatsvinden. Na gemiste kansen tijdens de oliecrisissen in de vorige eeuw had schaarste van olie er anno 2004 eindelijk eens voor kunnen zorgen dat mensen weer eens innovatief worden. Wat we nu doen is oorlog voeren om een schaarse grondstof zoals olie die op langere termijn, dankzij innovatie, vervangbaar is.

Noten:

  1. Bron: Internationaal Energie Agentschap, www.iea.org
  2. Meer informatie over Julian Simon is te vinden op www.querulant.com/querulant/Simon/index.htm
  3. Bron J. L. Simon, The ultimate resource, 1981, Princeton university press, Princeton
  4. Jerry Taylor, "Sustainable Development: A Dubious Solution in Search of a Problem", verscheen in Policy Analysis No. 449, www.cato.org

© 2004 Ypie Boersma, Evert Mouw en Merel Werner